Aikido is een aparte Martial Arts: er zijn geen competities, vanaf een zekere niveau mag je een Hakama aan (dat is een zwarte broekrok, die er cool uitziet maar onhandig in gebruik is) en i.t.t. andere budo sporten als judo en karate krijgen leerlingen geen verschillende kleuren banden om hun niveau aan te geven. Maar het meest aparte is nog wel, dat je niet leert om aan te vallen. Je leert alleen om je te verdedigen, danwel de aanval van je tegenstander te neutraliseren. Daarom spreek je met je sparringpartner af dat hij/zij je op een bepaalde manier aanvalt, zodat jij je techniek kunt oefenen. Het lijkt daarmee meer een choreografie dan een gevecht.
Toen ik in het verleden Aikido beoefende merkte ik gaandeweg de jaren steeds vaker dat de filosofie achter de trainingswijze en het eindeloos repeteren van de technieken veel parallellen kent met het gewone leven. Als psycholoog gebruik ik met enige regelmaat voorbeelden uit de Aikido wanneer het gaat over communicatie tussen personen, of als het gaat om confrontaties met de moeilijke kanten van het leven.
Zo ook januari 2017. Mijn leraar kon de dingen soms heel simpel brengen. In dit geval zei hij het volgende: als je 1 ding zeker weet, dan is het wel dat als iemand je wilt aanvallen, dat hij zich zal richten op je lichaam. Of het nu je hoofd, je buik, of je benen is, ergens op die lente-as van je lijf zal hij je willen raken of vastpakken. Daar kan je bang voor zijn. Maar het aardige is, dat als je zeker weet dat dát de intentie van de aanvaller is, dan kan je daar je voordeel mee doen. Door te anticiperen op wat hij gaat doen, ben je in het voordeel en kan je de situatie omdraaien: van slachtoffer wordt je aanvaller. Mijn leraar zei toen iets in de trend van “Op deze manier kan Aikido je bevrijden uit je slachtofferrol”!
Meteen zag ik de link met het werk dat ik doe als provocatief psycholoog. Is er sprake van aanvallen en verdedigen in therapie? In zekere zin wel. Niet zozeer dat we aan Martial Arts doen. Maar wat ik mijn cliënten probeer te bieden door ze op provocatieve manier uit te dagen, is om ze meteen en heel direct de kans te geven om te leren anticiperen op de ‘aanvallen’ die ze in het dagelijks leven ondervinden of kunnen tegenkomen. De tegenslagen, de relatiebreuken, de mensen die (onverwachts) overlijden, noem het maar op, zijn allemaal in zekere zin aanvallen op ons gevoel van welbevinden en onze emotionele stabiliteit. Cliënten die bij mij komen die kunnen op dat moment die aanvallen niet pareren, of zijn erdoor verzwakt geraakt of erdoor in vertwijfeling gebracht. Je kunt zelfs wel zeggen dat een groot deel van mijn cliënten zich op z’n minst een beetje slachtoffer voelt van hetgeen ze is overkomen.
Om mijn cliënten te helpen om uit die slachtofferrol te komen, om ze te leren anticiperen op het onheil dat in het leven inbegrepen zit, daag ik mijn cliënten uit, benadruk ik en vergroot ik hun twijfels en hun negatieve manieren om met hun problemen om te gaan uit. In mijn sessies is het duidelijk dat ik ze goed bedoeld ‘aanval’. Eigenlijk net zoals in de afspraak die beoefenaars van Aikido tijdens de les met elkaar maken: ik val je aan, zodat jij kan oefenen om de aanval te neutraliseren. Mijn overtuiging is dat mijn cliënten net zoals de Aikidoka’s zich effectief leren verdedigen, juist doordat ze leren dat ‘de aanvallen’ van het leven er nu eenmaal bij horen. Je weet dat je ze kunt verwachten. En als je dat weet, dan kan je er ook op anticiperen.